In ‘s-Gravendeel werd in 1638 de belasting geheven van de 200ste penning.
- Mathijs van Meuwen, Schouth ende Secretaris xxx
- Arijen Pietersz. Verdonck x
- Arijen Jansz. sijnde het weeskint van Jan Brocxus v
- Jacob Aertsz v
- de wed[uw]e van Jan Andriesz Aertoom v
- Lenert Gerritsz molenaer v
- Willem Bastiaensz v
- Pauwels Reijnen als mede erffgenaem van de weduwe van Reijn Adriaens [bedrag? zie nog origineel]
- Lenert Cornelisz Visscher [bedrag? zie nog origineel]
- de weduwe van Schiltman Bastiaensz xx
- Cornelis Bastiaensz Vogelaer v
- Bastiaen Cornelisz Vogelaer v
- de weduwe van Jasper Thonisz v
- P[iete]r Gerits Schalcwijck v
- Jacob Jaspersz v
- Joost Joostens Verijp xxv
- P[iete]r Pouwels van Ravesteijn xx
- Cornelis Dircxs Gout v
- Arijen Reijnen xxvijPond x [schellingen]
- Henrick Reijnen v
- de wed[uw]e van Coen Pieters met hare kinderen xv
- Cornelis Corssen v
- Huybrecht Thonis Groen v
- Arijen Jacobs wever xxx
- Jan Claesz weeskint van Claes Jans v
- Aert Andries Aertoom v
- Bastiaen Hendricxs Speckmes v
- Aert Lock [afkorting van Lodewijk?] visscher xv
- Lenert Arijenen Jongh v
- Jan Gijssen Groenenwech v
- Arijen Aerts Spruyt v
Munteenheid = in ponden van 20 schellingen = 1 gulden
200e penning = 5 Pond = dus 1000 pond of gld. gegoed.
Bron: G.A. Dordrecht, stadsarchief 1572-1795, archief 3, inv. nr. 3978.
Met dank voor de kopie van K. J. Slijkerman.